De geschiedenis van Leiden is op Amsterdam na de rijkst gevulde geschiedenis van Holland. Toch is die geschiedenis lang niet altijd bekend. In de column Plaatsen van Herinnering neemt Leidenaar en historicus Joost Bleijie u wekelijks mee naar een plek in Leiden waar een bijzondere gebeurtenis heeft plaatsgevonden of naar een plek waar een beroemde historische Leidenaar gewoond of gewerkt heeft. Deze week duiken we in Plaatsen van Herinnering de Vroege Middeleeuwen in: Domkerk, Utrecht – De Goederenlijsten van de Sint Maartenskerk
Na jaren een ‘jasje’ aangehad te hebben vanwege de grootscheepse renovatie ervan is de Domtoren in Utrecht sinds kort weer in volle glorie te bewonderen. De Utrechtse Dom is misschien wel mooiste kerktoren die er in Nederland is. Een toren met een naastgelegen kerk met een hele rijke geschiedenis. Sinds de tijd van de kerstening van dit deel van Europa, dat in de 6e eeuw begon, is Utrecht nagenoeg altijd de zetel van de Bisschop van Utrecht geweest. Niet alleen bij de verspreiding van het Christendom (kerstening) speelde de kerk een belangrijke rol, dat speelde de kerk ook in het geloofsleven van veel katholieken door de eeuwen heen.
De geschiedenis van de Dom gaat terug tot de Romeinse Tijd. Op de plek waar thans de Dom staat, lag in de tijd van de Romeinen het Castellum Traiectum. Net als Matilo bij Leiden lag Traiectum aan de Limes, de noordgrens van het Romeinse tijd. Nadat de Romeinen vertrokken waren, werd er in de 7e eeuw door Dagobert I, koning van de Franken een klein kapelletje gebouwd. Die werd gewijd aan Sint-Maarten. Daarom was de vroege naam van de Domkerk ook de St. Maartenskerk. In deze kerk lag ook de het vroegste Leiden vast. Niet in werkelijkheid maar op papier. Na de overheersing van de Noormannen halverwege de 9e eeuw ging het Bisdom Utrecht over tot het op papier vastleggen van haar bezittingen. Zodoende kon het Bisdom aantonen wat er waar in eigendom van het Bisdom was. In de periode na de Noormannen 885 – 894 legde het Bisdom opnieuw haar eigen bezittingen weer nauwkeurig vast. Hiervoor werd een goederenlijst opgesteld.

De Goederenlijst uit de Maartenskerk waarop Leithon wordt genoemd als bezit van het Bisdom Utrecht.
Het bezit van het Bisdom lag niet alleen in de directe omgeving van de Maartenskerk, maar ook veel verder weg. In de goederenlijst die na de Noormannentijd is opgesteld, wordt Leiden voor het eerst genoemd. Over het bezit in de Leidse regio staat er (met tussen haakjes de moderne plaatsnaam erbij) het volgende: In Upwilcanhem 3 hoeven. Hetzelfde geldt voor Suetan (Swieten/ Zoeterwoude). Hetzelfde geldt voor Hanatce. In Holtlant (Holland) 4 hoeven. In het eerste Leithon (Leiden/Leiderdorp) 2, het tweede 1 en het derde 1. In Rodanburg (Rodenburg/Roomburg) 5 hoeven. In Legihan 5. In Loppishem (Lopsen) 2…. Leithon is dus de eerste benaming van Leiden dat op schrift staat. Het bisdom bezat er 4 hoeves in 3 Leithons. Er waren dus drie plekken die Leithon werden genoemd. Op één van die drie plekken groeiden Leithon uit tot Leiden.
Afbeelding: De Dom en de achterliggende Domkerk in Utrecht. In deze als Sint Maartenskerk gestichte kerk lag in de 9e eeuw de goederenlijst waarop de eigendommen van het Bisdom stonden. Leiden werd als Leithon in de lijst genoemd – bron afbeelding: Wikipedia – Massimo Catarinella